Sprookjes

Sprookjes zijn een prachtige manier om kinderen te betrekken bij verhalen, taal en fantasie. Hier zijn enkele tips voor leerkrachten om sprookjes in het basisonderwijs effectief te gebruiken:

1. Voorlezen en Vertellen

Begin met voorlezen of vertellen van klassieke sprookjes zoals “Roodkapje,” “Assepoester,” of “Hans en Grietje.” Dit stimuleert de verbeelding van kinderen en helpt hen de opbouw van verhalen te begrijpen. Varieer met je vertelstijl en gebruik stemgeluiden en expressie om de verhalen tot leven te brengen.

2. Sprookjes in Lezen en Schrijven

Stimuleer de leesvaardigheid door kinderen sprookjes te laten lezen. Bespreek de thema’s, karakters en moraal van de verhalen. Vraag leerlingen om hun eigen sprookje te schrijven, waarbij ze de elementen van een klassiek sprookje gebruiken, zoals een probleem, een held en een oplossing.

3. Creatieve Knutselopdrachten

Laat leerlingen hun favoriete sprookjesfiguren of -scènes knutselen. Dit kan variëren van het maken van poppen, tot het ontwerpen van een illustratie voor hun eigen sprookje. Dit bevordert de creativiteit en biedt een visuele manier om de verhalen te verkennen.

4. Drama en Rollenspellen

Moedig leerlingen aan om sprookjes na te spelen in kleine groepen. Dit helpt hen de personages en de verhaallijn beter te begrijpen. Ze kunnen kostuums maken van oude kleding of materialen uit de klas gebruiken. Dit bevordert samenwerking en zelfvertrouwen.

5. Sprookjes voor verschillende Culturen

Introduceer sprookjes uit verschillende culturen om diversiteit te bevorderen. Dit kan een gesprek op gang brengen over waarden en normen in verschillende samenlevingen, en het stimuleert een bredere blik op de wereld.

Met deze tips kunnen leerkrachten sprookjes gebruiken als een veelzijdig leermiddel, dat niet alleen taalvaardigheden bevordert, maar ook creativiteit en culturele kennis stimuleert.